Valdibella – Jakì

D

enk je aan Sicilië, dan denk je al snel aan de middellandse zee, de Etna, lokale cuisine en misschien aan Don Corleone. Maar ook de lokale wijn mag niet worden vergeten. Het eiland is in de loop van de geschiedenis beïnvloed door vele culturen. Denk hierbij aan de Feniciërs via de Grieken tot aan de Romeinen. Allemaal culturen die hun eigen invloed gaven op de wijnen van het eiland. Maar van alle druivensoorten is nero d’avola de meest aangeplante op het eiland. Een druif die zich heerlijk thuis voelt in de hitte van de Italiaanse zon.

Tot een aantal decennia geleden werd nero d’avola vooral gebruikt om wijnen meer kleur te geven en werd hij veel verscheept naar Toscane, Piemonte en zelfs naar Frankrijk, waar hij ruggengraat gaf aan de lichtere wijnen van de Languedoc. Gelukkig wordt zijn kracht nu volledig herkend en worden er prachtige volle rode wijnen van gemaakt die goed kunnen ouderen.

De ‘Jakì’ van Valdibella wordt gemaakt van 50% nero d’avola en 50% cabernet sauvignon, twee druiven die houden van de zon. Samen zorgen ze voor een wijn met tonen van pruimen, kersen en bramen. Donker fruit met een lichte dropsmaak. Geheel biologische zonder sulfiet, die goed past bij de Siciliaanse keuken zoals stoofgerechten met ossobucco of groenten van de bbq.